Het had een tijdje geduurd voordat Deliah in eerste instantie haar koffer en tassen weer had kunnen vinden in alle drukte die er was ontstaan na de speech van de Heerseres. Ze had nog een kwartier rustig op haar stoel gezeten met Charlie op haar schoot terwijl de zaal langzaam leeg stroomde. Vervolgens was Charlie van haar schoot afgesprongen en was ze haar spullen gaan zoeken. Toen ze die eenmaal gevonden had en de sleutel van haar kamer in haar zak voelde branden, ging ze op zoek naar de kamer 317.
Met een hoop kabaal wist ze bij de juiste kamer te komen. Ze voelde haar hart nerveus kloppen, bang dat het niet zou zijn zoals ze zou willen. Maar vooral of haar kamergenoot een beetje aardig was... Deliah wist, ondanks al haar spullen, de deurklink met haar elleboog naar beneden te duwen en strompelde naar binnen. Ze zag de rug van een meisje met spierwit haar bij het open raam staan.