Devon keek naar Joey. Zo, hij had de vraag nog goed ook! Dat vond hij wel heel knap. Hij stond op en liep naar de fles toe. 'Nou vooruit dan maar, omdat je het goed hebt drink ik deze op,' zei hij met een grijns. Iedereen had zoveel plezier en daar deed hij graag aan mee. Hij had geen flauw idee wat het gele spul met hem zou doen, maar dapper als hij was, zette hij het aan zijn mond en dronk hij de fles in één keer leeg. Toen hij hem neerzette werd hij heel erg misselijk. Hij keek naar het meisje bij de deur, dat doodsangsten uitsloeg. Letterlijk en figuurlijk.
Heel even leek het alsof het flesje geen effect op hem had, maar toen werd plots de hele wereld roze. Hij strompelde met een dronken pas op het meisje af en pakte haar bij haar pols. 'Maak je geen zorgen, ik bescherm je wel,' zei hij op een bloedserieuze toon, waarna hij het geval in zijn sterke armen sloot. Hij wist niet wat er mis met hem was, maar plotseling was al het sadisme uit hem verdwenen en ging hij zowat dood van de medelijden die hij met iedereen had. Na Kuna een stevige knuffel te geven liep hij naar Joey toe en legde hij zijn hand op zijn schouder. Met tranen in zijn ogen keek hij de jongen aan. 'Het spijt me enorm van je spin. Ik stel voor dat we een ceremonie voor hem houden, hier, in de kelder waar hij geleefd heeft!' riep hij uit. Hij kuchte luid en klapte in zijn handen. 'IEDEREEN, GEDRAAG JE! WE ZIJN HIER OP EEN BEGRAFENIS!' bulderde hij door de kelder. Hij sprak zo luid dat zelfs de flessen ervan rinkelden.